Eleanor Gordon-Smith was jarenlang een verwoed, gerespecteerd en soms gevreesd debater. Met alle feitelijke kennis die in haar is probeerde zij anderen van haar gelijk te overtuigen. Dit lukte haar zelden of nooit.
In dit boek laat ze overtuigend zien, waarom dit niet lukte en lukt. Niet alleen haar, maar eigenlijk iedereen. Volg de debatten in de Tweede Kamer en je ziet het in de praktijk. Daar worden alleen maar eigen stellingen opgeworpen en versterkt.
‘Debating’, zo schrijft zij, ‘maakte dat ik dacht dat overtuigen zoiets was als euclidische wiskunde. Zoek het uitgangspunt van de ander en laat zien waarom dat onjuist is.’
In dit boek laat ze zien hoe moeilijk het is om van gedachten te veranderen. En dat we dit dus niet doen, maar het wel voortdurend van anderen verlangen. Veel filosofen, eigentijds en vaak vrouwelijk, passeren hierbij de revue. Allemaal gaan ze uit van de redelijkheid van de mens, die door feiten overtuigd kan worden.
Voor mij, als niet-filosoof, waren dit soms taaie stukken om te lezen, maar het daagde me wel uit om te proberen het allemaal te volgen.
De persoonlijke ervaring is ook belangrijk, of misschien wel het belangrijkste in het hele verhaal.
Al deze redelijkheid werkt niet, zoals ze overtuigend laat zien in de beschrijving van haar onderzoek naar de beweegredenen van mannen die vrouwen nafluiten. Háár nafluiten in dit geval. Ze probeert keer op keer met hen in gesprek te gaan, hen ervan te overtuigen, dat dit fluiten het tegendeel bewerkstelligt van wat zij beogen: indruk maken op een vrouw, een vrouw versieren. De gesprekken helpen niet, werken niet. Zij en de mannen zitten op een totaal andere golflengte. Wat de één (de man) als zeer positief ervaart, wekt bij de ander (de vrouw) alleen maar afschuw op.
Dan gaat Eleanor op zoek naar casussen, ingrijpende gebeurtenissen in het leven van de personen die ze interviewt. Het worden aangrijpende gesprekken. En niet door argumenten veranderen de geïnterviewden hun inzichten, hun levens, maar door de hevige, schokkende gebeurtenissen die hen overkwamen, of die ze over zich afriepen.
Het lezen van dit boek doet mij anders kijken naar discussies, debatten, praatprogramma’s. Was ik voorheen hoogst geïrriteerd als een politicus aan kwam zetten met zijn bejaarde moeder in een verzorgingshuis, zijn ontmoeting met een dakloze, dan dacht ik: “Wat heeft jouw moeder hiermee te maken?” of “Hèhè, nou heeft hij een dakloze gesproken, en nu pas erkent hij dat ze er echt zijn.”
Maar nu snap ik, dat emotie in een debat, de persoonlijke ervaring ook belangrijk is, of misschien wel het belangrijkste in het hele verhaal.
Zelf ben ik een rationeel wezen, al weet ik nu dat ook mijn beweegredenen voornamelijk zijn/worden gevoed door emoties en blijf ik beducht voor het enkel opvoeren van emoties, waardoor veel feiten, ons onwelgevallige feiten kunnen worden afgedaan als fake-nieuws. “Want, kijk maar, mijn arme moedertje in dat verpleeghuis…”
U ziet, het boek roept veel bij me op. Ik kan het iedereen aanraden dit ook te gaan lezen. Na veel boeiende uurtjes zijn er heel veel zaken om te heroverwegen. Als het kan buiten alle redelijkheid om.
Stop met redelijk zijn. Waarom je met argumenten niets verandert. | Eleanor Gordon-Smith | Ten Have | januari 2020 | Paperback | 192 blz | ISBN 9789025907433